In augustus 1917 werd Marinevliegkamp De Mok in gebruikgenomen als vliegkamp voor watervliegtuigen. Leden van de Marine Luchtvaartdienst (MLD) werden op vliegbasis Soesterberg opgeleid tot vlieger en voltooiden daarna hun watervliegopleiding op De Mok. Al snel bleek De Mok niet zo geschikt voor de landing van andere vliegtuigen en verhuisde het vliegkamp naar het net geopende vliegveld De Kooy in Den Helder.
De Duitsers gebruikten het kamp in de Tweede Wereldoorlog als luchtdoelartilleriekamp en na de capitulatie van Duitsland was De Mok volledig verwoest en werd het vliegkamp niet meer opgebouwd, temeer omdat de rol van watervliegtuigen was uitgespeeld. In de decennia daarna werd de kazerne door het Korps Mariniers gebruikt als oefenkamp voor de basistraining van mariniers en specifieke amfibische trainingen, en later voor de legering van de Surface Assault & Training Group (SATG).
Joost Dourlein
De kazerne is vernoemd naar kapitein Joost Dourlein, een Nederlandse marinier die op 28 september 1928 in Rotterdam werd aangenomen als marinier derde klasse. Op 1 februari 1938 werd hij bevorderd tot korporaal der mariniers. Hij was drager van de hoogste militaire onderscheiding, de Militaire Willems-Orde. Die kreeg Dourlein voor zijn moedige optreden tijdens militaire acties in Oost-Java. Hij was o.m. overleed in Oss op 29 februari 1980 en ter nagedachtenis kreeg de marinierskazerne op Texel zijn naam.
Vanwege bezuinigingen zijn in 2015 alle onderdelen van de SATG overgeplaatst naar Den Helder en wordt de Joost Dourleinkazerne alleen nog gebruikt voor opleidingen van mariniers, net zoals dat in de jaren tachtig het geval was. Aanvankelijk zou de kazerne helemaal worden gesloten, maar daar zag defensie (onder druk) toch vanaf.
