Wezenputten
In de 17de eeuw was Oudeschild het belangrijkste dorp van Texel. In dit dorp lag een ankerplaats genaamd ‘De Rede van Texel‘, waar honderden schepen voor anker lagen. Deze schepen kwamen hier om te wachten tot de wind gunstig was om verder te reizen. Ook werden veel schepen met levensmiddelen bevoorraad. Eén van de belangrijkste levensmiddelen was water.
Het water op Texel was van veel betere kwaliteit dan bijvoorbeeld in Amsterdam. Het water bestond uit ijzerrijk fossiel water. Door de bijzondere samenstelling was het water zeer lang houdbaar. Daarom werden er veel putten geslagen om de schepen van voldoende water te voorzien. Deze putten bevonden zich in de hoeve van Brakestein, dat net buiten Oudeschild lag. Het water werd zelfstandig via een goot in eikenhouten vaten gepompt. In sloepen gingen de vaten vervolgens door de Skilsloot naar Oudeschild. De opbrengst van het water ging naar het weeshuis. De waterputten werden daarom ook wel ‘Wezenputten’ genoemd.
Brakestein
Brakestein was een mooie boerderij en vernoemd naar de familie Braak, die daar een lange tijd gewoond had. Leendert den Berger, de laatste eigenaar, liet in de 18de eeuw een grote tuin aanleggen in Franse Stijl. De tuin stond vol met beelden en de muren binnen in het huis hadden verschillende houtwerken. Even verderop stonden twee wezenputten, waar het water voor de vaartlieden uit werd gehaald.
Nu nog steeds kan Brakenstein bezocht worden. Ook de wezenputten zijn nog zichtbaar. Twee beelden uit de tuin zijn verplaatst naar de tuin van de Doopsgezinde kerk in Den Hoorn. De houtwerken zijn te bezichtigen in Hotel de Lindeboom in Den Burg.
